escape() en unescape() zijn oude JavaScript-functies die gebruikt worden om strings te coderen en decoderen door speciale en niet-ASCII-tekens om te zetten naar een formaat dat veilig via internet kan worden verzonden. Ze werden voornamelijk gebruikt voor het coderen van gegevens in URL's en HTTP-verzoeken.
Het doel van deze functies was om:
Tekens veilig te coderen die mogelijk verkeerd geïnterpreteerd kunnen worden door webservers of browsers.
Ervoor te zorgen dat speciale tekens (zoals spaties of symbolen) en niet-Engelstalige tekst geen URL's verstoren of gegevenscorruptie veroorzaken.
Veilige gegevensoverdracht in oudere webapplicaties te vergemakkelijken.
Deze functies worden gebruikt om:
Een string met speciale of niet-ASCII-tekens te converteren naar een gecodeerde formaat.
Keer dat proces om om de originele string uit de gecodeerde versie op te halen.
Ze werden vaak toegepast op gebruikersinvoer, URL-parameters of gegevens die in webcontexten waren opgeslagen.
Tegenwoordig zelden gebruikt: Deze functies zijn verouderd en worden niet aanbevolen voor modern gebruik.
Gebruik alleen in oudere systemen waar updaten naar moderne alternatieven niet haalbaar is.
Geef de voorkeur aan moderne functies zoals encodeURIComponent() en decodeURIComponent() voor veiligere en standaardconforme codering.